Rekenen

Vooruit tellen met sprongen van 3

Het tellen is de basis voor het verdere rekenen. Vooruit tellen en terugtellen zijn hierbij belangrijke onderdelen. Als kinderen vooruit kunnen tellen met sprongen van 2, kunnen ze een volgende stap maken naar het vooruit tellen met sprongen van 3. 
 

Voorbeeld

Tel vooruit met sprongen van 3.

81 - ... - ... - 90         
 
Welke getallen moeten er staan?
            


Als je erachter wilt komen wat er op de lege plekken moet komen te staan, moet je sprongen van 3 maken. Je zet dan een sprong van 3 vooruit op de getallenrij. 


Tellen met sprongen van 3


Je ziet dat je bij een sprong van 3, 2 getallen overslaat. Als je verder telt vanaf 81, dan sla je de getallen 82 en 83 over. Dan komt het getal 84. Als je vanaf het getal 84 weer een sprong maakt van 3, dan sla je de getallen 85 en 86 over en dan kom je uit bij het getal 87. Als je dan nog een sprong van 3 maakt, zie je dat je uitkomt bij het getal 90. Op de lege plekken komen dus de getallen 84 en 87
te staan. 
 

Vooruit tellen tot en met 100, met sprongen van 3
  • Kinderen leren hoe ze moeten tellen, dit is de basis voor het verdere rekenen.
  • Kennis van de getallenrij is hierbij erg belangrijk. Als je de getallenrij niet kent, kun je ook niet vooruit tellen.
  • Bij vooruit tellen met sprongen van 3, zet je steeds een sprong van 3 vooruit op de getallenrij. 
  • ...56, 59, 62, 65, 68, 71...