Rekenen

Het kind kent de formele wiskundetaal die bij het weergeven van verbanden in tabellen, diagrammen en grafieken wordt gehanteerd en kan deze begrippen ook gebruiken.

Bijvoorbeeld: assen, horizontale as, verticale as, x-as, y-as, legenda, stijgen, dalen, toename, afname, constant, steil, vlak.


Toets dit doel